Baby laten boeren

Baby’s moeten boeren na hun voeding, omdat het gas zich anders in de maag verzameld. Dit kan erg pijnlijk zijn, waardoor je kindje gaat huilen of niet kan slapen. Het niet laten van een boertje kan uiteindelijk voor krampjes zorgen. Ook kan het gas ervoor zorgen dat je kindje snel een vol gevoel heeft en niet meer wil drinken, gas vult immers de maag. Door tussen de voedingen door te laten boeren, komt er meer ruimte voor de voeding. In dit artikel vertellen we je alles over het laten boeren van je baby!

Oorzaken van lucht

Er zijn verschillende oorzaken voor de ophoping van gas in het lichaampje van baby’tjes. Zo kunnen pasgeboren ze nog problemen hebben met het uitvoeren van ademhalen, zuigen en slikken tegelijkertijd. Hierdoor happen ze lucht mee. Ook kan de aanhap van zowel borst als fles niet helemaal goed zijn, waardoor er geen vacuüm ontstaat. Ook daardoor kan er lucht mee naar binnen worden gezogen.

In het geval van borstvoeding kan het dieet van de moeder zorgen voor meer gas in de voeding van de baby. In geval van kunstvoeding kan het mengen van de voeding met water voor extra luchtbelletjes in de voeding zorgen.

Hoe moet je je baby laten boeren?

Er zijn verschillende manieren om je baby te laten boeren. De bekendste is om je kindje tegen je borst te houden, met zijn hoofdje over je schouder. In deze houding kun je je kindje ondersteunen onder de billetjes en zachtjes kloppen op het ruggetje of wrijven van beneden naar boven. Ook kun je zachtjes op de billetjes kloppen, wat als extra voordeel heeft dat je kindje ontspant. In deze houding kun je daarnaast zonder kloppen of wrijven rondlopen, waardoor de luchtbelletjes door het hupsen ook naar boven kunnen komen.

Je kunt je kindje op je knie houden, waarbij het lichaampje steunt op je ene arm en je met de andere arm zachtjes op het ruggetje klopt, of er van onder naar boven over het ruggetje wrijft. In deze houding zit het kindje iets voorovergebogen. Je kunt er ook voor kiezen om de armpjes van je kindje in de lucht te houden, wat in sommige gevallen ervoor kan zorgen dat je kindje sneller boert. Bij de laatste houding leg je je kindje op zijn buikje over je knieën heen en zorg je ervoor dat zijn hoofdje wat hoger ligt dan de rest van het lichaam. Ook hierbij wrijf je over het ruggetjes van beneden naar boven.

Als het boeren niet lukt

Wat doe je als boeren niet lukt? De meeste moeders zullen tot 10 minuten proberen een boertje te laten komen. De meeste huisartsen geven het advies om het een halfuur te proberen. Sommige kindjes kunnen de luchtbelletjes gewoonweg niet omhoog werken. Een tip hierbij is om je kindje op zijn buik te leggen, net zolang totdat hij zijn hoofdje omhoog probeert te krijgen of gaat jammeren. Dat is het teken dat de luchtbelletjes zich verzameld hebben tot 1 grote gasbel, die makkelijker omhoog kan komen. Op dat moment til je je kindje omhoog in 1 van de bovenstaande houdingen, zodat het kan boeren.

Tips bij het boeren van je baby

• Hou een doekje bij de hand. Een kindje wat boert kan wat voeding teruggeven
• Leg een kindje wat erg last van gas heeft tijdens het voeden schuin neer, met het hoofdje wat hoger dan de rest van het lichaam
• Leg je kindje niet gelijk plat neer na een voeding, maar geef even de tijd om het eten te laten zakken
• Doe niet te wild met je kindje en verander niet te snel van houding, vlak na een voeding. Dit kan namelijk ook voor spugen zorgen

Boeren bij borstvoeding

• Zorg voor een goede, vacuüm aanhap van de tepel. Zorg dat de lipjes van je kindje om je tepel heen gekruld zijn en zijn tongetje onder je tepel zit. Op deze manier wordt er zo weinig mogelijk lucht meegehapt
• Let op je eigen dieet. Eet niet teveel groente of fruit. Deze etenswaren zorgen voor meer gas in je voeding

Boeren bij flesvoeding

• Zorg voor een goede, vacuüm aanhap van de speen. Zorg dat de hele speen in het mondje van je kindje zit, zodat er zo weinig mogelijk lucht wordt meegehapt
• Zorg dat de hele speen gevuld is met melk, zodat er zo weinig mogelijk lucht wordt meegedronken
• Bij kunstvoeding: Roer het flesje om in plaats van omschudden. Dit zorgt voor minder luchtbelletjes en dus minder gas

Niet (meer) boeren

In borstvoeding zelf zitten geen luchtbelletjes, zoals wel het geval is met kunstvoeding, wat gemend moet worden (ook als je het roert). Als je kindje dus een goede aanhap heeft, dan is het heel goed mogelijk dat borstgevoede kindjes geen boertjes hoeven te laten. Bij kindjes die kunstvoeding krijgen, moet er in het begin wel altijd geboerd worden.

Maar tot welke leeftijd moet dan dan? Dat is per kindje verschillend. Er zijn kindjes die met een maand of 3 al niet of nauwelijks nog hoeven te boeren en andere kindjes zo lang ze voeding in flesjes en tuitbekers krijgen. Als je kindje zelfs na de bovenstaande tips steeds ècht niet hoeft te boeren en je kindje na de voeding ook niet hoeft te huilen en makkelijk in slaap valt en blijft slapen en bovendien geen last krijgt van krampjes, dan is je kindje er aan toe om te stoppen met boeren.